Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

Per 1 januari 2018 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), Algemene Ouderdomswet (AOW), Algemene Nabestaandenwet (Anw), Wet werk en arbeidsondersteuning Jonggehandicapten (Wajong), Werkloosheidswet (WW), Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA), Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Ziektewet (ZW) en Toeslagenwet (TW) aangepast. Dit komt doordat deze uitkeringen gekoppeld zijn aan het wettelijk minimumloon.

Het minimumloon stijgt van € 1.578,00 naar € 1.594,20 bruto per maand. Tevens worden de minimumjeugdlonen per 1 juli 2018 herzien. Ook wordt de Kinderbijslag (AKW) per 1 juli 2018 aangepast aan de prijsontwikkeling.

De aangepaste bedragen volgen hieronder.

Participatiewet

Per 1 juli 2018 stijgen de bijstandsuitkeringen. De (netto) uitkeringen voor mensen vanaf

21 jaar tot de AOW-gerechtigde leeftijd zijn afhankelijk van leeftijd en situatie:

 

Gehuwden/samenwonenden

 

 

per maand

1.352,48

vakantie-uitkering

71,18

Totaal

1.423,66

Alleenstaanden en alleenstaande ouders

 

 

per maand

946,73

vakantie-uitkering

49,83

Totaal

996,56

De (netto) uitkeringen, voor mensen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd zijn (afhankelijk van leeftijd en situatie):

 

Gehuwden/samenwonenden

 

 

per maand

1.456,52

vakantie-uitkering

76,66

Totaal

1.533,18

Alleenstaanden en alleenstaande ouders

 

 

per maand

1.065,36

vakantie-uitkering

56,07

Totaal

1.121,43

De (netto) uitkeringen voor mensen die in een inrichting verblijven zijn (afhankelijk van leeftijd en situatie):

 

Gehuwden/samenwonenden

 

 

per maand

466,27

vakantie-uitkering

24,54

Totaal

490,81

Alleenstaanden en alleenstaande ouders

 

 

per maand

299,76

vakantie-uitkering

15,78

Totaal

315,54

 

 

1


Voor gehuwden en alleenstaanden van 21 jaar of ouder die samenwonen met één of meer meerderjarige personen waarmee kosten kunnen worden gedeeld, geldt op grond van de kostendelersnorm een lager bedrag.

Om in aanmerking te komen voor een bijstandsuitkering is ook relevant of er sprake is van eigen vermogen. Onderstaand een overzicht van het vermogen dat de verschillende groepen mogen hebben om nog in aanmerking te komen voor een bijstandsuitkering:

 

Gehuwden/samenwonenden en alleenstaande ouders Alleenstaanden

12.040,00

6.020,00

Voor mensen die een bijstandsuitkering ontvangen en in een eigen huis wonen, geldt een extra vrijstelling van maximaal € 50.800,-.

IOAW en IOAZ

De IOAW (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers) is bedoeld voor oudere langdurig werklozen, die geboren zijn vóór 1 januari 1965 en die 50 jaar of ouder waren toen zij werkloos werden. De IOAW is onder bepaalde voorwaarden ook bedoeld voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte werklozen.

De IOAZ (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen) is bedoeld voor ex-zelfstandigen van 55 jaar of ex-zelfstandigen die noodgedwongen hun bedrijf of beroep moesten beëindigen. De IOAZ is onder bepaalde voorwaarden ook bedoeld voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen.

De IOAW en de IOAZ vullen het gezamenlijke inkomen aan tot bijstandsniveau. Op onderstaande bedragen worden de bruto inkomsten in mindering gebracht.

Sinds 1 juli 2015 geldt de kostendelersnorm in de IOAW en IOAZ voor kostendelende alleenstaanden en alleenstaande ouders. Op basis van de overgangsregeling is de norm per 1 januari 2018 vastgesteld op 55 procent van de gehuwdennorm.

Gehuwden/samenwonenden (beide partners 21 jaar of ouder)

per maand

vakantie-uitkering

Totaal

Alleenstaanden en alleenstaande ouders zonder meerderjarige medebewoners

per maand

vakantie-uitkering

Totaal

Alleenstaanden en alleenstaande ouders met een of meer meerderjarige medebewoners (kostendelersnorm)

per maand

vakantie-uitkering

Totaal

 

1.524,62

121,96

1.646,58

 

 

1.177,30

94,18

1.271,48

 

 

866,05

69,28

935,33

In tegenstelling tot de bijstand wordt bij de IOAW geen rekening gehouden met het eigen vermogen. Bij de IOAW wordt wel rekening gehouden met andere inkomsten. Bij de IOAZ wordt rekening gehouden met andere inkomsten en het eigen vermogen. Van het vermogen dat iemand meer heeft dan € 132.299,- wordt jaarlijks drie procent verrekend met de uitkering.

2


Voor mensen die een IOAZ-uitkering krijgen en een pensioentekort hebben, geldt dat zij tot maximaal € 122.379,- voor aanvullende pensioenvoorzieningen mogen hebben zonder dat dit met hun uitkering wordt verrekend.

AOW

AOW’ers die getrouwd zijn of samenwonen hebben ieder een eigen recht op een AOW-uitkering (basispensioen). De hoogte daarvan is gebaseerd op de helft van het netto minimumloon, als deze AOW’ers altijd in Nederland hebben gewoond. De AOW voor een alleenstaande is gebaseerd op 70 procent van het netto minimumloon.

Voor gehuwde of samenwonende AOW’ers van wie de partner jonger is dan de AOW-gerechtigde leeftijd gelden afwijkende regels. De AOW is gebaseerd op 50 procent van het netto minimumloon (de uitkering voor een gehuwde). Daarbovenop komt een toeslag van maximaal hetzelfde bedrag (bruto € 789,81). Vanaf 1 januari 2015 is de partnertoeslag gesloten voor nieuwe instroom. Hierop geldt één uitzondering: mensen die als gevolg van de verhoging van de AOW-leeftijd pas na 1 januari 2015 AOW-gerechtigd zijn geworden, hebben nog wel recht op toeslag. Het gaat hier om mensen die in november en december 2014 65 jaar zijn geworden.

Als het recht op AOW al is ingegaan voor 1 februari 1994, dan valt de AOW’er onder een overgangsregeling en is het pensioen gebaseerd op 70 procent van het netto minimumloon. De toeslag voor deze AOW’ers is maximaal 30 procent.

De bruto uitkeringsbedragen per 1 juli 2018, voor AOW’ers van wie het recht op pensioen is ingegaan na 1 februari 1994, zijn:

 

Gehuwden/samenwonenden

 

 

 

per maand

 

789,81

vakantie-uitkering

 

50,29

Totaal

 

840,10

Gehuwden/samenwonenden met maximale toeslag (partner jonger dan de AOW-leeftijd)

 

 

 

per maand

 

1.579,62

vakantie-uitkering

 

100,58

Totaal

 

1.680,20

Maximale toeslag

 

 

 

per maand

 

789,81

vakantie-uitkering

 

50,29

Totaal

 

840,10

Alleenstaanden

 

 

 

per maand

 

1.156,43

vakantie-uitkering

 

70,40

Totaal

 

1.226,83

De bruto uitkeringsbedragen per 1 juli 2018 voor AOW’ers van wie het recht op pensioen is ingegaan vóór 1 februari 1994 (89 jaar en ouder), zijn:

Gehuwden/samenwonenden

per maand

vakantie-uitkering

Totaal

Gehuwden/samenwonenden met partner jonger dan de AOW-leeftijd (zonder partnertoeslag)

per maand

vakantie-uitkering

 

 

 

789,81

50,29

840,10

 

 

1.156,43

70,40

 

3


 

Totaal

1.226,83

Alleenstaanden

 

 

per maand

1.156,43

vakantie-uitkering

70,40

Totaal

1.226,83

In bovenstaande overzichten gaat het om bedragen zonder de inkomensondersteuning AOW. Deze bedraagt € 24,93 bruto per maand.

Anw

De Algemene nabestaandenwet (Anw) is bedoeld voor volwassenen van wie de partner is overleden en voor een kind zorgen jonger dan 18 jaar of volwassenen van wie de partner is overleden en meer dan 45 procent arbeidsongeschikt zijn. Het kan gaan om een huwelijkspartner of een partner met wie ongehuwd werd samengewoond. De nabestaandenuitkering is 70 procent van het netto minimumloon. Als de nabestaande samenwoont omdat er iemand intensieve zorg nodig heeft of omdat de nabestaande zelf intensieve zorg nodig heeft, is de nabestaandenuitkering (verzorgingsuitkering) 50 procent van het netto referentieminimumloon. Ook weeskinderen kunnen deze uitkering krijgen.

De hoogte van de Anw-uitkering is afhankelijk van het inkomen van de nabestaande. Andere uitkeringen worden afgetrokken van het bedrag dat iemand ontvangt. Van het inkomen uit arbeid wordt 50 procent van het bruto minimumloon plus een derde deel van wat iemand bovenop het bruto minimumloon verdient niet afgetrokken van het bedrag.

Sinds 1 juli 2015 geldt de kostendelersnorm in de Anw. Op basis van de

overgangsregeling is de norm per 1 januari 2018 vastgesteld op 55 procent van het netto minimumloon.

Nabestaanden die voor juli 1996 al een AWW-uitkering (de voorganger van de Anw) ontvingen, krijgen in ieder geval een uitkering van 30 procent van het bruto minimumloon. Ook als hun inkomen hoger uitvalt dan de bovengenoemde inkomensgrens.

In onderstaand overzicht zijn de bruto Anw-bedragen per 1 juli 2018 opgenomen. De bedragen zijn zonder de tegemoetkoming Anw. Deze is € 16,92 bruto per maand.

 

Alleenstaanden

 

 

 

per maand

 

1.186,73

vakantie-uitkering

 

84,43

Totaal

 

1.271,16

Verzorgingsuitkering

 

 

 

per maand

 

762,73

vakantie-uitkering

 

60,30

Totaal

Kostendelersnorm

 

823,03

per maand

 

867,92

vakantie-uitkering

 

66,34

Totaal

 

934,26

Wezenuitkering tot 10 jaar

 

 

 

per maand

 

379,75

vakantie-uitkering

 

27,02

Totaal

 

406,77

Wezenuitkering van 10 tot 16 jaar

 

 

 

per maand

 

569,63

 

 

 

4


vakantie-uitkering

Totaal

Wezenuitkering van 16 tot 21 jaar (geboren voor 1-10-1993 tot 27 jaar)

per maand

vakantie-uitkering

Totaal

 

40,53

610,16

 

 

759,51

54,04

813,55

 

Minimum(jeugd)lonen

Onderstaand de bruto bedragen (exclusief vakantietoeslag) per

leeftijdscategorie per maand:

Vanaf 22 jaar

   

1.594,20

 
 

21 jaar

20 jaar

1.355,05

1.115,95

 
 

19 jaar

18 jaar

876,80

757,25

   
 

17 jaar

16 jaar

15 jaar

629,70

550,00

478,25

   
 

Onderstaand de bruto bedragen (exclusief vakantietoeslag) per

leeftijdscategorie per week:

Vanaf 22 jaar

   

367,90

21 jaar

312,70

 
 

20 jaar

19 jaar

257,55

202,35

 
 

18 jaar

17 jaar

174,75

145,30

 
 

16 jaar

15 jaar

126,95

110,35

   
 

Onderstaand de bruto bedragen (exclusief vakantietoeslag) per

leeftijdscategorie per dag:

Vanaf 22 jaar

   

73,58

21 jaar

62,54

 
 

20 jaar

19 jaar

18 jaar

17 jaar

51,51

40,47

34,95

29,06

   
 

16 jaar
15 jaar

25,39

22,07

   

Wajong

De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) biedt jonggehandicapten een uitkering op minimumniveau. De basis (afgeleid van het bruto minimumloon) waarop de uitkering wordt berekend, gaat per 1 juli 2018 omhoog. Ook de basisbedragen voor Wajongers beneden de 22 jaar, die worden afgeleid van de bruto minimumjeugdlonen, worden op die datum verhoogd.

Picture

73,30

62,30

21 jaar

Onderstaand de bruto bedragen (exclusief vakantietoeslag) per dag vanaf 1 juli 2018:

Vanaf 22 jaar

5


 

20 jaar

51,31

19 jaar

40,31

18 jaar

34,82

Naast de Wajong-uitkering heeft elke Wajonger onder de 23 jaar recht op een tegemoetkoming. Deze tegemoetkoming compenseert (deels) de inkomensachteruitgang door de invoering van de Zorgverzekeringswet.

De bruto tegemoetkomingen per maand zijn:

 

 

22 jaar

1,98

21 jaar

4,79

20 jaar

9,72

19 jaar

16,22

18 jaar

16,88

Dagloon en maximumdagloon (WW, WIA, WAO en ZW)

Per 1 juli 2018 worden bestaande bruto uitkeringen verhoogd met 1,03%. De hoogte van de WW-, WIA-, WAO-, en ZW-uitkering hangt onder meer af van de hoogte van het laatstverdiende loon en het maximumdagloon. Per 1 juli 2018 wordt het maximumdagloon met 1,03% verhoogd van bruto € 209,26 naar bruto € 211,42.

Toeslagenwet

De Toeslagenwet zorgt voor een aanvulling op een aantal uitkeringen tot het sociaal minimum. Het gaat hierbij onder meer om de WW-, WIA-, WAO-, Wajong- en ZW-uitkering.

Het bedrag voor gehuwden is gebaseerd op 100 procent van het bruto minimumloon. Het bedrag voor alleenstaanden vanaf 22 jaar is gebaseerd op 70 procent van het netto minimumloon. De bedragen voor 18 t/m 21-jarigen zijn gebaseerd op 75 procent van het netto minimumjeugdloon.

Sinds 1 juli 2016 geldt de kostendelersnorm in de Toeslagenwet. Op basis van de overgangsregeling is de norm per 1 januari 2018 vastgesteld op 55 procent van het minimumloon voor 22-jarigen en ouder en op 60 procent van het netto minimumjeugdloon voor 21-jarigen.

 

Per 1 juli 2018 zijn de bruto bedragen per dag (exclusief vakantietoeslag en afhankelijk van leeftijd en situatie):

 

 

Gehuwden/samenwonenden

73,30

Alleenstaanden vanaf 22 jaar

54,13

Kostendeler vanaf 22 jaar

39,82

Alleenstaanden van 21 jaar

43,54

Kostendeler van 21 jaar

32,31

Alleenstaanden van 20 jaar

35,32

Alleenstaanden van 19 jaar

27,04

Alleenstaanden van 18 jaar

22,64

Kinderbijslag

Ouders en verzorgers van kinderen tot en met 17 jaar ontvangen Kinderbijslag. De bedragen van de Kinderbijslag worden per 1 juli 2018 aangepast in lijn met de ontwikkeling van de consumentenprijs. De nieuwe bedragen per kwartaal zijn als volgt:

6


 

Per kind 0 t/m 5 jaar (70%)

202,23

Per kind 6 t/m 11 jaar (85%)

245,57

Per kind 12 t/m 17 jaar (100%)

288,90

7